PION 1 schuift op naar middenmoot na winst op Het Kasteel

Het eerste team van PION 1 heeft dan eindelijk zijn tanden laten zien. Na drie verloren wedstrijden en winst tegen het zwakke Zevenaar stond PION 1 onderaan in de 1e klasse D, een positie die het team gelet op zijn speelsterkte onwaardig is. Tegen Het Kasteel uit Wijchen liet PION dan eindelijk het eerste klasse-niveau zien en won het met 5-3.

Na twee en een half uur spelen was er nog geen enkele partij beslist, een teken dat de PION-spelers anders achter het bord zaten dan in de interne competitie, waar de vrede vaak al na een uurtje getekend wordt. De eerste uitslag kwam aan het laatste bord, waar Ronald Zollinger zich de betere schaker betoonde. Hij bereikte voordeel in het middenspel en vergrootte dat in het eindspel, waarop zijn tegenstander het hopeloze van zijn missie inzag. Even later haalde ook Arno Arents het volle punt binnen in een onberispelijk gespeelde partij.

Ikzelf had mijn avond niet en probeerde vergeefs om de stelling in mijn voordeel om te buigen tegen een duidelijk zwakkere tegenstander. Na zijn tweede remiseaanbod zag ik in dat hij gelijk had met zijn taxatie en berustte in remise.

Ook Leo Wijnhoven speelde remise in een scherpe partij. Leo had sterke druk, maar zag op tegen de berekeningen die de verschillende offermogelijkheden vereisten en bood remise aan, hetgeen gretig werd geaccepteerd. Theo Wijnhoven deed aan het eerste bord harder zijn best tegen Caspar Hermelink, maar zijn aanvalspogingen werden allemaal netjes opgevangen en remise was de terechte uitkomst.

Zo bereikten we een stand van 3 ½ - 1 ½ en kon ik Joke de Valk en Wim Molenkamp influisteren dat remise OK was. Tegen Herman Brinkhof liet ik die boodschap maar achterwege, want die stond inmiddels verloren. Herman speelde het Wolga-gambiet, een opening waarin je met zwart een pion offert om wit een vrije a-pion te geven. Zijn tegenstander wist die geste naar waarde te schatten en toen die pion op a8 was beland, gaf Herman op. Joke had intussen het advies opgevolgd door te remiseren, waarna Wim Molenkamp de uitslag van de match moest bepalen. Remise was genoeg, maar als Wim nog ergens een gaatje ziet, gaat hij door. En met succes. Het leek er even op dat Wim een kwaliteit kwijtraakte, maar met een hyperscherpe centrumactie bracht hij zijn tegenstander in problemen die deze niet meer kon overzien. In tijdnood gaf hij Wim de mogelijkheid van een “dubbele dame”, waarna de partij beslecht was.

De nachtmerrie van degradatie is door deze overwinning in elk geval een tijdje opgeschort.

Wopke Veenstra