PION 4 – UVS 7 4-2

In een spannende wedstrijd heeft Pion4 toch duidelijk afstand genomen van de Nijmegenaren.

Op de uitslag valt niets af te dingen en het had nog iets beter kunnen uitpakken voor Pion.

Aan bord 1 speelde Sjaak Thijssen een degelijke pot, hoewel de vrijpion van de tegenstander op d5 potentieel gevaar inhield. Sjaak won de a-pion, moest die toch snel weer inleveren, maar toen de tegenstander een foutje maakte wist Sjaak een matnet te weven. Klaar!

Het spektakelstuk van de avond was de wedstrijd aan bord 2. De jeugdige Hidde Knippenberg kreeg op d4 het Albins tegengambiet voor de kiezen. Zijn tegenstander, Koen van Alst, liet daarbij zien de strijd niet te schuwen. Mocht hij gedacht hebben ‘da jungske’ te kunnen overbluffen dan kwam hij van een koude kermis thuis. Hidde speelde de opening knap en kwam eruit met een stuk meer. Gespeeld zou je denken, maar dat was niet zo. Hidde verzuimde te rocheren en Koen kon middendoor, inclusief een offer, een gevaarlijke koningsaanval opzetten. Toen Hidde op a7 een pionnetje dacht mee te kunnen snoepen leek het pleit beslist ten nadele van Hidde. Had Hidde de zet Da7-a8 maar gezien dan was de beloning, die hij zeker verdiende toch gekomen. Nu echter verzilverde Koen de middendoor rally door de torens op de flanken te verschalken en bracht het punt naar Nijmegen. Ondanks het verlies: BRAVO Hidde!

Op bord 3 was er ook vuurwerk. Paul speelde scherp, maar moest na een lange combinatie genoegen nemen met enkele pionnen tegen het stuk. Dat moet kunnen en Paul wist lang de witte stukken buiten te houden en de dames af te ruilen. De 2 vrijpionnen op f en g zouden beslissend moeten zijn. Paul koos echter voor zijn torens niet de juiste velden en tot overmaat van ramp gunde hij zijn tegenstanders de 2 vrijpionnen. Einde verhaal en zo ging een tweede punt mee naar Nijmegen.

Op bord 4 ging het er wat rustiger aan toe. Jacques de Jong speelde rustig, secuur en weldoordacht. Na de opening leek er optisch voordeel te zijn voor de zwartspeler. Hij had beduidend meer ruimte. Misschien kreeg hij wel het idee dat er tegen Jacques wat te halen was en onbevreesd ging hij op de koningsvleugel op pad met de kleine mannekes en zijn iets zwaardere officieren. Even leek het erop dat een vrije h-pion voor zwart toch de zege zou opleveren. Gesteund door paard en toren toog het kleine manneke richting h1, maar hij zou er nooit aankomen. Terwijl Jacques met zijn rechteroog de h-lijn in de gaten hield, zag zijn linkeroog een onbeschermde damevleugel. Daar peuzelde hij enkele pionnetjes op en toen het h-manneke definitief gestopt was, was ook de strijd ten einde. Jacques bewees zijn waarde voor het team en bracht keurig een punt binnen.

Als ergens duidelijk werd dat er punten voor Pion binnen zouden komen dan was dat aan bord 5 en 6. Op bord 5 kreeg Jan van Kessel met zwart veel ruimte op de damevleugel. Het was niet makkelijk, zijn tegenstander deed wel degelijk goed mee, maar Jan won een pion op a3 en later leek stukwinst ook in zijn schoot te vallen. Hier speelde wit echter toch goede zetten waardoor de winst voor Jan niet het stuk was, maar hij raapte wel wat extra hout op. De winstvoering is Jan echter wel toevertrouwd zoals schrijver dezes ooit zelf aan den lijve heeft ervaren. Ik kan me de machteloosheid van zijn tegenstander dan ook heel goed voorstellen en ik wens hem meer geluk in de volgende wedstrijden. Nu won Jan en het punt bleef thuis!

Op bord 6 was René Slaa de eerste die de zege boekte. Hij won op de 6e zet een pion, of was het een offer van zijn tegenstander? Als er al van enig gevaar sprake was, wist René dat keurig te bezweren en toen hij op de 12e zet een stuk won, was de partij eigenlijk al gespeeld. De zwarte stelling veranderde in een gatenkaas en René haalde de buit schaamteloos binnen, zijn tegenstander in wanhoop achterlatend. Goed gedaan René.

Henk Arts